Sportonderhoud vraagt mankracht

De Vereniging Sportraad Apeldoorn komt letterlijk handen tekort als de gemeente ondersteuning wil van sportclubs die met het onderhoud van hun eigen accommodatie aan de slag gaan.

Uit de Stentor van 18 december 2017

Om te komen tot meerjarenonderhoudsplannen zou de Vereniging Sportraad Apeldoorn (VSA) de clubs moeten bijstaan. Daarvoor is wel extra mankracht nodig, waarschuwt voorzitter Henk Dijkgraaf.

De gemeenteraad riep sportwethouder Nathan Stukker vorig jaar op om serieus te kijken naar de sportaccommodaties. Het idee daarvan was dat veel clubs met een eigen complex niet goed op het toekomstige onderhoud zijn ingesteld, waardoor ze in de problemen kunnen raken. Clubs die hun complex van de gemeente huren, hebben daar geen last van, omdat die de benodigde investeringen wel doet.

,,De Apeldoornse sportverenigingen hebben het zwaar’’, zegt Dijkgraaf. ,,Niet alleen waar het gaat om de lopende zaken, zoals het op orde hebben van het kader en de vrijwilligers. De verenigingen met een eigen accommodatie staan voor achterstallige investeringen en de meeste hebben nog geen meerjarenonderhoudsplan. De verborgen armoede in de Apeldoornse sportinfrastructuur baart de Sportraad zorgen. Dit moet onderkend en aangepakt worden.’’

Wethouder Stukker wil dat doen als de gemeenteraad daar geld voor uittrekt. ,,Maar wat is de consequentie voor de Sportraad? Heeft die daar de kennis, kunde en middelen wel voor’’, vraagt D66-raadslid Marco Wenzkowski zich af.

Gewetensvraag

Dijkgraaf zegt dat te beschouwen als een gewetensvraag. ,,Toen ik werd gevraagd om voorzitter te worden van de VSA vroeg ik hoeveel uur per week me dat zou gaan kosten. Kon ik dat wel doen naast de zestig uur per week die mijn ondernemerschap vergt? Het bleek toch wat meer tijd te kosten dan me was verteld. En we hebben allemaal onbezoldigde vrijwilligers die er al heel veel tijd in steken. We hebben geen opleiding gehad op dit gebied, maar zitten voor de sport wel aan tafel met partijen als de gemeente, Accres en Stimenz. Komt er nog meer op ons pad, zoals het begeleiden van verenigingen om te komen tot onderhoudsplannen, dan hebben we meer capaciteit nodig.’’